VERSTRAETEN Bart (1981)
Bart Verstraeten begint zijn muziekopleiding aan de academie van zijn geboortestad Sint-Niklaas. In de klas van Johan Lybeert haalt hij zijn hogere graad piano, samenspel volgt hij er bij Koen Dejonghe. Toch zijn het vooral de lessen muziektheorie van Godfried Van de Vyvere die hem naar een hogere muziekopleiding lokken. Aan het conservatorium van Antwerpen rondt Verstraeten dan ook eerst een master in de schriftuur af. Hij volgt er lessen harmonie, contrapunt en fuga in de klas van Peter Thomas, aangevuld met een lerarenopleiding aan het Lemmensinstituut in Leuven.
Op compositorisch vlak is Verstraeten een zelfverklaarde laatbloeier. Pas aan het conservatorium begint hij zijn eerste eigen werken te noteren. Hij schrijft zich in voor de compositieopleiding en volgt lessen bij zowel Luc Van Hove als Wim Henderickx. In 2007 studeert hij af als master in de muziektheorie-schriftuur, optie compositie. Verstraeten behaalt ten slotte nog de Master of Arts in de uitvoerende muziek piano aan het Koninklijk Conservatorium Gent in de klas van Johan Duijck, met masterclasses bij onder andere Jonathan Powell, Eliane Rodrigues en Irene Russo.
Verstraeten geeft de vakken compositie en piano aan de academie van Wilrijk. Daarnaast treedt hij op als pianist, zowel aan de zijde van bariton Tristan Faes als solerend. Zijn composities Capriccio, Hide en Seek en Napaea zijn opgenomen op het Fingerprints-project van Klara en Componisten Archipel Vlaanderen (ComAV). Met zijn pianotrio Alla Zingarese won hij in 2005 de Klara Compositieprijs, datzelfde jaar behaalde hij ook de prijs van de Belgische Artistieke Promotie in de compositiewedstrijd Walter Heynen, dit keer voor zijn Trio voor fluit, altviool en gitaar. In 2014 componeerde Verstraeten Nocturne voor het Pianoalbum voor Koning Filip, dat ComAv ter gelegenheid van de verjaardag van de vorst liet samenstellen. Zijn werken voor mandolineorkest genieten een internationale reputatie en zijn naast België en Nederland onder meer uitgevoerd in Duitsland, Groot-Brittannië, Griekenland, de Verenigde Staten en Australië.
Werkbespreking
Verstraeten is geïnspireerd en geïntrigeerd door de stijlen die aan het einde van de twintigste en het begin van de eenentwintigste eeuw hoogtij vierden. Hij is duidelijk schatplichtig aan het impressionisme, het expressionisme en het symbolisme – en noemt onder anderen Claude Debussy en Maurice Ravel als belangrijke voorbeelden.
Toch is zijn eigen schrijven allerminst een anachronistische kopie van deze historische periodes. Verstraeten benadert de traditie immers met een hedendaagse blik, wetend welke evoluties er in de eeuwen nadien nog hebben plaatsgevonden. Zijn masterscripties zijn gewijd aan de muziek van György Ligeti, Tristan Murail, Hugues Dufourt en Luc Brewaeys. Met die kennis in het achterhoofd gaat hij op zoek naar manieren om de typerende harmonieën, ritmes en kleuren van de vroege 21ste eeuw verder op te rekken. In dat opzicht bestempelt Verstraeten zichzelf als een bruggenbouwer tussen de muziek uit de geschiedenis en nu.. Iemand die op het eerste zicht een stap terug in de tijd lijkt te zetten en die je gemakkelijkheidshalve als traditionalist zou kunnen afschilderen, maar die na grondigere inspectie moderner en complexer dan verwacht uit de hoek komt.
Die stijlkeuze maakt Verstraeten naar eigen zeggen om zijn spontaniteit te bewaren. Door muziek te schrijven die hij zelf weet te appreciëren en door niet noodgedwongen aan hedendaagse tendensen vast te houden, creëert hij zijn eigenheid. In zijn liederen komt die aanpak helder naar voren. Vooral ‘Les Heures Claires’, op teksten van de Belgische symbolist Emile Verhaeren, is typerend voor de belle époque–fascinatie van de componist. Het bronmateriaal geeft Verstraeten daar vrijgeleide om volop het toenmalige, harmonieus zwevende kleurenspel te omarmen.
Toch uit de voorliefde voor klankkleur zich minstens even nadrukkelijk in een andere hoofdmoot van zijn oeuvre, namelijk in Verstraetens muziek voor mandolineorkest. Zijn schrijven voor deze (eerder opmerkelijke) bezetting komt er na een oorspronkelijke samenwerking met het Brasschaats Mandoline-Orkest. In Persephone – en later ook Demeter en Hades, de vervolgstukken van zijn mythologische drieluik – speelt hij met kleuren door het orkest op een atypische manier te organiseren. Gitaren krijgen er normaal gezien de begeleidende rol, terwijl de mandolines de melodische lijnen op zich nemen. In zijn werken probeert Verstraeten een evenwicht tussen de stemmen te herstellen door de melodische partijen gelijkmatiger te verdelen.
Het daaruit resulterend kleurenpalet noemt hij zelf ‘naar het filmische neigend, zonder dat het allemaal braaf tonaal gekleurd moet zijn.’ De zoektocht naar kleine dissonanties, naar subtiele spanning in de muziek, plaatst Verstraeten opnieuw in die eerder vermelde positie als ‘bruggenbouwer’.
Daarnaast heeft Verstraetens praktijk als uitvoerend pianist een onmiskenbare invloed op zijn componeren, al is het maar omdat een groot deel van zijn oeuvre voor dat instrument geschreven is. Zijn eigen vaardigheid op het klavier geeft hem de meeste compositorische zelfzekerheid. Zo gaat hij in zijn bundel All’Ungherese het verst in het uitrekken van tonale systemen, door inspiratie te halen bij de Hongaarse volksmuziek. En ook in een werk als Truce lijkt de traditionele harmonie te vervagen door de langzaam verschuivende akkoorden in de linkerhand.
Maar daarnaast heeft zijn opleiding als musicus hem ook nieuwe inzichten rond, bijvoorbeeld, het schrijven van kamermuziek gegeven. Het dialogeren met andere musici dat hij op de conservatoriumbanken leerde, komt naar voren in een werk als Agitation, waar de frases voortdurend heen een weer pingpongen tussen de verschillen instrumenten en communicatie tussen de verschillende stemmen cruciaal is. Daarnaast zijn de eindeloze combinaties binnen de kamermuziek voor Verstraeten ook het uitgelezen middel om zijn fascinatie voor klankkleur verder te botvieren. Zo laat hij in Hide en Seek de bijzondere timbres van saxofoon, vibrafoon en viool samenkomen; schrijft hij in 2007 een trio voor snaredrums; of verzoent hij in Tempus Fugit de klanken van de basklarinet met de marimba.
Ook in zijn werken voor koor, een aanzienbarend deel van zijn oeuvre, blijven klankkleur en harmonie de bepalende parameters. Aangezien veel van deze stukken opdrachtwerken voor amateur- of kinderkoren zijn, houdt Verstraeten het voor deze niet-professionele uitvoerders veelal bij geijkte harmonische structuren en een voor de hand liggend stemverloop. Toch weet hij binnen dat tonale kader opnieuw zijn eigen touche toe te voegen. In een compositie als Les Roses, op tekst van de laatnegentiende-eeuwse dichter Théodore de Banville, speelt hij opnieuw met de kleuren en de progressies uit de belle époque. Zijn Magnificat is, ondanks de traditionele opbouw van dominant naar tonica, uitgesproken ingekleurd door de bijzondere stemvoering. En in zijn Ave Maria gaat de componist naar eigen zeggen zelfs “de dissonante toer” op, door de verschillende stemtypes afwisselend te laten schuren tegen een fa groot akkoord. Ook in zijn koormuziek blijft Verstraeten dus telkens weer onderzoeken hoeveel rek er op die traditionele tonaliteit zit.
Een laatste, minder tastbaar, maar daarom niet minder belangrijk element van Verstraetens componeerpraktijk is zijn manier van aanpak. Als componist laat hij zijn schetsen soms maandenlang rijpen. Hij heeft ononderbroken periodes van totale focus nodig om noten op papier te zetten. Het is dan ook niet ongewoon voor Verstraeten om een begonnen compositie pas een paar maanden of een jaar later – met een paar verse oren – bij te schaven en af te werken.
Werklijst
Composities voor piano solo: Perpetuum Mobile (2003), Morning Twilight (2004), Interludium (2004), Fantasia over ‘Quand Jésus naquit à Noël’ (2005), Prelude ‘Où sont les neiges d’antant’ (2007), Rapsodie (2008), Nocturne (2014) in het “Pianoalbum voor Koning Filip”, In Flanders Fields: I. The Battle – II. Truce – III. Victory (2015), Carrousel (2016), All’Ungherese: Tíz zongoradarab (2017), Langs het lange diepe water (2017), Valse mélancolique (2018),
Composities voor mandolineorkest: Persephone (2016), Demeter (2019), Hades (2020), Le vieux moulin (2024)
Kamermuziek: Zweefvlucht voor fluit, klarinet en piano (2001), Quintet: These, antithese, synthese voor fluit, hobo, klarinet, hoorn en fagot (2003), Strijkkwartet nr.1 (2004), Trio voor fluit, altviool en gitaar (2005), Alla Zingarese voor pianotrio (2005), Agitation voor fluit, klarinet, strijkkwartet, piano en slagwerk (2006), Trio voor snaredrums (2007), Jeu d’enfants voor dwarsfluit en piano (2007), Très estados de animo voor klarinet, altviool en piano (2014), Capriccio voor viool en piano (2016), Masquerade voor viool, altsaxofoon en piano (2017), Tempus Fugit voor basklarinet en marimba (2017), Hide and seek voor viool, saxofoon en vibrafoon (2018), The Chase voor viool en fagot (2020), Der Hirt auf dem Felsen voor tenorzanger, klarinet en piano (2020), In Search of the promised land voor tenorsaxofoon en strijkkwartet (2020), Gollum’s dance voor saxofoonduo (2020), Napaea voor strijkkwartet (2021), De Elfenheuvel voor klarinetkwintet (2023)
Composities voor koor (met instrumentbegeleiding): Missa Sancta (2007), Salve Regina, o dulcis Virgo Maria (2009), Rorate (2010), Pater Noster (2010), Bewerking Souterliedekens: Psalm 139 en 140 (2012), Ave Maria (2015), La mort (2016), Ein kind ist uns geboren (2016), Magnificat (2017), Alleluia (2017), God groet u zuiver bloeme (2017), Dormi, dormi, bel Bambin (2017), Les roses (2018), Missa De Beata Maria Virgine (2018), Wie schön leuchtet der Morgenstern (2018), Alles begon met God (2019), Cecilia (2019), Adeste fideles (2019), Transeamus usque Bethlehem (2020), Les anges de nos campagnes (2020), A Parler les langues de hommes (2021), Petit Papa Noël (2023), Es ist ein Ros entsprungen (2023)
Liederen: Diez canciones de amor op teksten van P. Neruda (2015), Herinneringen aan het onbekende op teksten van Rutger Kopland (2020), Les Heures Claires op teksten van Emile Verhaeren (2022), L’examen de minuit op teksten van Charles Baudelaire (2024)
Discografie
Perpetuum Mobile, uitgevoerd door Geert Callaert, BV2019/01
Alla Zingarese op 75 jaar Radio, Klara K75
Alla Zingarese op Klara in het Paleis, Klara KIP06
Capriccio op Fingerprints #2
Hide and Seek op Fingerprints #3
Persephone op Aspri Mera, BMO (Brasschaats Mandoline-orkest), in eigen beheer
Napaea op Fingerprints #4
Links
https://soundcloud.com/user-868375508
https://www.youtube.com/channel/UCtCRh2EgIrwC9-RrM62l5Ug
©MATRIX
Teksten van Jasper Croonen
Laatste aanpassingen: 2024