THYS Peter (1962)

Peter Thys werd geboren op 26 mei 1962 te Mechelen. Na het behalen van zijn regentaat wiskunde richtte hij zich op de muziek. Aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium Antwerpen behaalde hij de eerste prijzen notenleer, muziekgeschiedenis en harmonie. Aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel behaalde Peter Thys de eerste prijzen contrabas bij Maurice Aerts, kamermuziek bij Florent van de Vondel, contrapunt en fuga bij Rafaël D’Haene en het diploma meester in de muziek, opties muziekschriftuur en compositie bij Rafaël D’Haene. Sinds 1995 is hij leraar aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium Antwerpen en is hij verbonden aan de Deeltijds Kunstonderwijsinstellingen in Mechelen, Sint-Pieters-Woluwe en Heist-op-den-Berg. Peter Thys behaalde verschillende prijzen, zoals de liedprijs van het Davidsfonds, de cultuurprijs van de provincie Antwerpen, de prijs Gilson, de prijs van de Muizelhuisconcerten en de prijs Cantabile. Ook was hij voor het Emanon-ensemble componist in residentie. Voor dit ensemble schreef hij het werk Icarus. In 2000 schreef hij het verplichte werk Herinneringen (voor gitaar) voor de Axion Classics.

 

Werkbespreking

Peter Thys won de prijs van de Muizelhuisconcerten met het klarinetkwintet uit 1998. Het werk bestaat uit drie delen, een Lento-Allegretto, een Lento en als laatste deel een Allegro Vivo. Voor dit werk baseerde Peter Thys zich op het verhaal van Sneeuwwitje. Ook voor andere werken grijpt Peter Thys terug naar bestaande verhalen. Dit is onder andere het geval bij de werken Icarus en Koning van Katoren. Icarus gaat terug op een verhaal uit de Griekse mythologie. De jonge Icarus wou leren vliegen met behulp van vleugels, gemaakt van een houten raamwerk, veren en was. Zijn vader, die de vleugels gemaakt had, waarschuwde Icarus meermaals om niet te dicht bij de zon te vliegen want dan zou de was smelten en zou hij neerstorten. Icarus slaat deze goede raad echter in de wind en stort neer. Dit doorgecomponeerde werk is geschreven voor hobosolo, twee fluiten, een tweede hobo, klarinet, basklarinet, twee hoorns en twee fagotten. Het personage van Icarus wordt verklankt door de hobosolo. De hoorns en de fagotten verklanken de waarschuwende vader. In het begin van het werk wordt de hobosolo begeleid door de tweede fluit, terwijl de tweede hobo en de eerste klarinet het zachte windje waarop de vliegende Icarus wordt meegedreven suggereren. Het voorzichtig leren vliegen en het zachte windje worden verklankt door de trillerfiguren en de snelle loopjes. Na verloop van tijd wordt Icarus minder voorzichtig wat te horen is in de grotere sprongen van de hobosolo. Gelijktijdig worden de waarschuwingen van de vader, gespeeld door de lage instrumenten, steeds talrijker waardoor er een spel van vraag en antwoord wordt gecreëerd tussen de hoge en de lage stemmen. Na het neerstorten van Icarus is er nog enkel het zachte briesje te horen waarmee het werk aanvankelijk begon.

In 2003 schreef Peter Thys een werk voor basklarinet en marimba, Koning van Katoren, gebaseerd op een jeugdroman van Jan Terlauw uit 1971. De compositie bestaat uit verschillende delen waarbij het deel De trein steeds terugkomt als een soort van refrein. Hoewel het deel telkens gevarieerd wordt, blijft het thema steeds herkenbaar. Zo klinkt bijvoorbeeld het thema in De trein 1 in de basklarinet en in de trein 2 in de marimba. In De trein 5 worden de achtsten die typisch zijn voor het thema vervangen door triolen. Daarnaast wordt in de andere delen gebruik gemaakt van typische stijlfiguren. In De vogels van Decibel komen bijvoorbeeld veel voorslagjes en trillerfiguren voor als verwijzing naar vogels. Een ander voorbeeld is het akkoordische spel van de Marimba in De schuifelende kerken. Een laatste voorbeeld van deze stijlfiguren is terug te vinden in het laatste deel De kroning en feestwals dat bestaat uit 2 delen. Het eerste deel is zeer majestueus en doet denken aan de Franse ouverture. Het tweede deel is zoals de titel aankondigt een wals.

Een andere compositie die Peter Thys schreef in 2003 was Twaalf variaties zonder thema voor basklarinet. Dit werk werd uitgevoerd in Heist-op-den-Berg. Tijdens deze uitvoering werden ook 12 levensgrote portretten op doek van kunstenaar Dirk Lemmens tentoongesteld. Deze portretten toonden 12 naakte personen met een tatoeage. Uit deze tatoeage kan afgeleid worden wat deze mensen tijdens hun leven hebben meegemaakt. In deze 12 variaties zonder thema gebruikt Peter Thys dansmelodieën. Dit is een fenomeen dat regelmatig terugkomt in andere werken van hem, zoals in het werk Koning van Katoren. Ook in het laatste deel van zijn klarinetkwintet is er een dansmelodie aanwezig. Dit laatste deel wordt de kabouterdans genoemd. Peter Thys vertrekt meestal vanuit een vrij klassieke bezetting en probeert binnen deze verschillende bezettingen te experimenteren met de klankkleuren van de instrumenten zonder toevoeging van elektronica.

Daarnaast is er ook een evolutie te merken in zijn schrijfwijze. Wanneer Peter Thys er in het klarinetkwintet nog een complexe schrijfstijl op nahoudt, is dit in Icarus helemaal verdwenen. Dit heeft uiteraard ook te maken met het genre waarin de werken geschreven zijn, en met hun functie en doelgroep.

 

Werklijst

Solo-instrumenten: Vioolsonate (1995); Rondo, voor pianokwartet (1996); 3 toccata’s, voor piano (1997); Sonatine, voor trompet (1998); Inter Somnium et Veritatem, voor piano (1998); Monoloog, voor fagot (1999); Herinneringen, voor gitaar (2000); Ballade, voor viool (2000); 4 schetsen, voor cello (2001); 3 pianostukken (2001); Achter glas, voor piano (2002); Familiefeest, voor gitaar (2003); 12 variaties zonder thema, voor basklarinet (2003)

Ensemble: Suite voor blazers (1995); Piano kwartet rondo (1996); Strijkkwartet (1997); Legende, voor strijkkwartet en bariton (1998); Klarinetkwintet (1998); Suite voor pianokwartet (1998); Kwartet, voor fluit, viool, cello en gitaar (1998); Trio, voor gitaar, klarinet en alto (1999); Junkieverdriet (2000); Ikaros, voor hobo solo en blaasnonet (2001); 3 liederen op tekst van Michelangelo, voor pianotrio en sopraan (2002); 3 stukken, voor trompet (2003); Narcissos, voor altviool en cello (2003); Koning van Katoren Suite, voor basklarinet, marimba en verteller (2003); De kat zonder staart, voor sopraan, trombone en contrabas (2005)

Orkest: Kamersymfonie (1995); Sine Nomine, voor strijkorkest (1995); Mars- Optocht, voor symfonisch orkest (1995); Vioolconcerto (1996); Symfonia, voor fanfare (1998); Decamerone Ballet, voor symfonisch orkest en koor (1999); Goethe im Garten, voor recitant, koor en symfonisch orkest (2000)

 

Discografie

– Icarus (Ensemble Emanon), Emanon Mystery, Phaedra 92037, 2003.

 

Uitgever

CeBeDeM (werkzaam van 1951 tot 2015)
Euprint

 

©MATRIX
Teksten van Evy De Smedt
Laatste aanpassingen: 2007

thys.peter@pandora.be 


Sparrestraat 20, 2220 Heist-op-den-Berg

(015) 25 01 23

Cd's in MATRIX
Partituren in MATRIX


Alle componistenfiches